Interview Renée Steenbergen in Het Parool: "Kunstwereld moet op de schop: meer geld voor makers"

11/01/2023, Lorianne van Gelder

 

Zoals wel vaker gebeurt, ging het ook tijdens de coronacrisis: een crisis werkt als vergrootglas, dingen die niet goed lopen, worden ineens zichtbaar, zegt Renée Steenbergen,
onderzoeker en publicist, die volgende week haar boek De Kunst van anders. 6 voorstellen voor culturele innovatie presenteert.
“Het wordt plotseling heel duidelijk dat er al tien jaar een kaalslag is aan de makerskant in de cultuursector. En 165.000 mensen, tweederde van de sector, werkt als zzp’er volgens het CBS. Al deze mensen, van belichters tot acteurs, zijn in de steek gelaten in coronatijd.”

 

De overheid koos ervoor culturele instellingen te ondersteunen en hoopte zo op een ‘trickle down effect’, maar dat kwam er nauwelijks, constateert Steenbergen.
“Het feit is dat veel cultuurwerkers geen inkomsten hadden, dat velen zijn omgeschoold en uitgestroomd. En dat kunstacademies inmiddels minder aanmeldingen hebben,
want het is moeilijk met dit vak je brood te verdienen.”

 

Willen we dat? vroeg Steenbergen, die eerder het boek De nieuwe mecenas schreef, zich af. “We zijn toch bij uitstek de sector die de niet-economische kant van het leven vertegenwoordigt. Een van mijn conclusies is dat kunst en cultuur een lage-lonensector is geworden en de mensen die de inhoud leveren, komen er het slechtst vanaf. Dat is een heel vreemde omkering.” Van die lonen schrok ze zelf ook; het gemiddelde inkomen van een kunstenaar ligt tussen de 12.000 en 13.000 euro per jaar, onder bijstandsniveau.

 

Over die loonkloof, de bestaansonzekerheid en de ongelijkheid in de culturele wereld schreef ze haar boek. Maar ze laat de lezer niet met alleen problemen achter, ze komt ook met zes voorstellen voor innovatie.

 

Overaanbod

 

Steenbergen: “Het is opvallend dat alle steun van de overheid wordt gebruikt om instellingen overeind te houden. Ik noem dat overinstitutionalisering. Het aantal stoelen en zalen is vermenigvuldigd de afgelopen jaren, zeker in Amsterdam. Toch genereren al die extra museum-, theater en muziekzalen niet méér publiek, er is dus overaanbod. En er is ‘onder-vraag’." Zeker na de coronacrisis is nog steeds niet al het publiek terug. Steenbergen stelt daarom ‘pijnlijke’ oplossingen voor.

 

“Nederland is het land met de meeste musea en podia ter wereld, per vierkante kilometer en inwoners. Wethouders en ministers willen altijd iets nalaten, altijd iets bouwen. Dan kannibaliseer je elkaars publiek.” Het moet dus minder: minder producties die langer gespeeld worden, en zeker niet méer
culturele instellingen erbij. En veel meer samenwerken.

“En het mag ook wat eigenzinniger, met een beetje meer burgerlijke ongehoorzaamheid. Natuurlijk zijn publieke instellingen afhankelijk van de overheid, ze dienen immers een maatschappelijk belang. Maar ze zouden best wat tegenkracht mogen geven tegen alle eisen van de subsidieverstrekker. Krachten bundelen en durven zeggen:
‘dat vinden we niet zinvol om te doen.’” En laat de grote instellingen meer verantwoordelijkheid nemen. “De donaties die ze krijgen, ontvangen ze vanwege de inhoud, de kunst die getoond wordt. Dan moet je dat geefgeld ook delen met de makers.’

 

Geen bezuiniging


Overigens benadrukt Steenbergen dat zo’n transitie vooral niet betekent dat er kan worden bezuinigd op kunst. “Er moet eerder geld bij als je een verandering op systemisch niveau voor elkaar wilt krijgen. Systemen worden gemaakt door mensen, het is dus aan ons om ze te veranderen.”

 

De Kunst van anders, 6 voorstellen voor culturele innovatie (€14,95) verschijnt op 17 januari, 2023. Bestellen uitsluitend via www.ReneeSteenbergen.com.
Die dag is er ook een symposium in het Veemtheater over verandering van het cultuurstelsel. Sprekers zijn onder meer kunstenaars en directeuren van het
Prins Bernhard Cultuurfonds en Platform Beeldende Kunst.

 

Terug