In NRC: Goede doelen, laat je toch niet misbruiken!

06/11/2021, Renée Steenbergen

 

Het gaat om grootscheepse zwendel gepleegd via nep-stichtingen, gepleegd door notaris Oranje van kantoot pels Rijcken. Zo verrijkte hij zichzelf met tenminste 11,5 miljoen euro van zogenoemde derdengelden, tegoeden van cliënten die hij beheerde. Een doortrapt piramidespel, dat bijna vijfentwintig jaar onopgemerkt bleef.


Hiermee schaadde Oranje, voormalig bestuursvoorzitter van landsadvocaat Pels Rijcken die een jaar geleden zelfmoord pleegde, in het bijzonder het publieke belang – juist de landsadvocaat/notariaat telt veel overheidsorganen onder zijn klanten. Aan de provincie Gelderland bijvoorbeeld werd bijna anderhalve ton aan rente niet uitbetaald. Dat is diefstal van gemeenschapsgeld en raakt dus ook burgers. Bovendien maakte Oranje welbewust misbruik van een goed doel, namelijk zijn cliënt Het Nederlandse Rode Kruis. Met de verzonnen Stichting Ondersteuning Rode Kruis mag de liefdadigheidsorganisatie dan niets van doen hebben, haar reputatie kan er wel door worden geschaad. Oplettende donateurs bijvoorbeeld, zullen zich mogelijk afvragen of de collectant wel van het échte Rode Kruis is ... Opmerkelijk genoeg heeft Het Rode Kruis geen persbericht over de verzonnen stichting uitgestuurd en ook vermeldt het het oneigenlijke gebruik niet op de website.

Dan reageerde KWF Kankerbestrijding alerter, toen oplichter Sywert van Lienden (van de mondkapjesfraude, misbruik dat ook via een stichting liep) een grote gift toezegde aan dit goede doel. Nee bedankt, wij nemen geen fout geld aan, was de reactie van KWF.

Naast Het Rode Kruis worden ook culturele organisaties geraakt door de fraude. Frank Oranje doneerde onder meer aan het Concertgebouworkest en hij was bestuurslid (hopelijk geen penningmeester) van het particuliere museum Voorlinden. De herkomst van gelden van mecenassen en sponsors wordt in de kunstsector momenteel fel bediscussieerd, getuige het schandaal rond de Amerikaanse familie Sackler die steenrijk werd met de productie van verslavende opioïden. Onder druk van acties en de publieke opinie verbraken musea als Het Metropolitan en Louvre hun banden met deze gulle art washers. Ook bijdragen van vervuilende en fossiele industrieën worden tegenwoordig geweerd.

Het probleem van fraude met stichtingen speelt al veel langer. Dat is vooral een probleem als de stichtingen afhankelijk zijn van donateurs en vrijwilligers. Als bestuursleden een greep in de kas doen, trekken zij teleurgesteld hun steun in. Toch meldt toezichthouder Centraal Bureau Fondsenwerving, dat keurmerken verstrekt aan goede doelen, de zaak rond Rode Kruis en topnotaris Oranje niet op zijn website. De vele pijnlijke voorbeelden lijken steeds opnieuw als eenmalige incidenten, dus uitzonderingen, te worden beschouwd.

Maar de feiten liegen er niet om: in recente jaren sprak de rechter diverse onvoorwaardelijke celstraffen uit tegen frauderende bestuursleden van filantropische stichtingen. Onder hen de directeur van de Stichting Droom Wens, die bijna een miljoen verduisterde dat gedoneerd was voor zieke kinderen, en de voorzitter en penningmeester van Stichting Dioraphte, een conglomeraat van vermogensfondsen, die 8,6 miljoen euro stalen. Het ging hier om een zogenoemde algemeen nut beogende instelling (anbi), een status die de belastingdienst toekent als 90% van het vermogen wordt ingezet voor het algemeen belang. Maar vanwege het enorme aantal stichtingen schiet adequate controle hierop tekort.  

Want de lijst van directeuren die zichzelf riante ‘vergoedingen’ toeëigenen, terwijl ze pretenderen zich belangeloos in te zetten, is helaas langer. Denk aan de directeur van de Stichting ALS en die van de Stichting Alpe d’HuZes – voor die laatste stichting fietsen tienduizenden vrijwilligers jaarlijks de berg op om geld in te zamelen voor kankerpatiënten.

Wie had de fraude moeten voorkomen? De interne controleurs bij Pels Rijcken zelf, om te beginnen. Juist zogenaamde ‘topjuristen’ moeten weten dat je door middel van stichtingen makkelijk misbruik kan plegen. Ook de Belastingdienst faalde als fiscaal toezichthouder. Oranje zelf handelde niet onopvallend met zijn reeks eenmans-bestuursfuncties en stichtingen, vaak ingeschreven op zijn huisadres. Het is wrang dat zo’n grote fraudeur buiten beeld bleef, terwijl de Belastingdienst intussen ouders met kinderopvangtoeslag veelal valselijk beschuldigde van oplichting. De verplichte bankcontrole op illegale transacties faalde eveneens: pas na twintig jaar werd de FIOD geattendeerd op verdachte geldtransacties via Oranjes stichtingen.

Maar ook  de filantropische sector zelf kan iets worden verweten. Brancheorganisaties, waaronder die van culturele doelen vallen, moeten meer prioriteit geven aan het voorkomen van fraude en ze moeten hierin een grotere verantwoordelijkheid nemen. Non profit organisaties organiseren zich immers vaak in stichtingen – en juist die zijn, zoals gezegd, vatbaar voor fraude. Een officier van justitie waarschuwde in de zaak-Dioraphte: „Besturen en stichtingen waar alles wel volgens de regels gaat, lijden onder de negatieve aandacht die uitgaat naar dit soort malafide bestuurders”.

Een keurmerk en de anbi-status blijken niet voldoende bescherming te bieden tegen diefstal van giften. Alleen al om solidair te zijn met onmisbare donateurs en supporters mogen brancheorganisaties niet zwijgen, in de hoop dat de bui wel overwaait.

Het probleem benoemen en verdergaande maatregelen invoeren is de enige manier om geschaad vertrouwen terug te winnen. En dat is hard nodig. Want zonder vertrouwen wordt er niet geschonken.

Terug